Link

Laat ik beginnen met:

mijn overtuiging is dat het idee van een stuurbare samenleving een illusie is.

Alleen al onze taal geeft weer dat we zoveel facetten en dimensies kennen, dat het beheersen van alles ondoenlijk is. In hun fysieke vorm lopen onder- en bovenwereld in dezelfde fysieke omgeving. Maar verder zijn het eigen werelden.
Verkeer dat zich niet houdt aan de voorgekookte routes, heet sluipverkeer. Alsof daar een wat sinister aura omheen moet hangen. Verkeer plannen we over het algemeen toch al vrij slecht. Pas sinds enkele jaren dringt het besef door dat het weleens slim kan zijn wandelpaden aan te leggen die de natuurlijke loop volgen. De olifantepaadjes geïnstitutionaliseerd!

We regelen ons een slag in de rondte. Zonder noemenswaardig effect. Verkeersdeelnemers bepalen zelf wel wat wel en wat niet mogelijk is. En dus rijden de fietsers op fietspaden beide kanten op en staan auto’s op ‘onbenutte plekjes weg’ geparkeerd.

Wat me intrigeert, is de opkomende netwerksamenleving en -economie. Die zal pitloos zijn.

map-of-internet

Het is niet niks als je ‘overheid’ bent, om te ontdekken dat je invloed snel afneemt. Toch is dat wat momenteel gebeurt. Het is ook zo voorspelbaar dát het gebeurt. Inmiddels is wel duidelijk dat andere verhoudingen ontstaan; op de arbeidsmarkt, maar ook in het openbaar bestuur. De veelgezochte Mondige Burger staat op, zij het anders dan gedacht.

In essentie is er aan de netwerken niet eens zo heel veel verandert. Het hebben van veel (losse) contacten was en is nog steeds lucratief. Wat wél veranderd, is de bereikbaarheid van die contacten. Sociale poortwachters worden gepasseerd. Ideeën en meningen overlijden niet langer ‘in de pijplijn’. Allicht, het – tijdelijke – nadeel is dat soms ook teveel doorkomt. Met de gewenning aan korte lijnen zal – net als met een nieuw speeltje – de nieuwigheid worden vervangen door zelfkritisch gebruik.

Mondige Burgers zijn niet alleen degenen die goed weten van rechten en plichten. Het zijn óók degenen die de mores van een tegencultuur dragen waarin niet geld ruilmiddel is. Het zijn ook de jongeren die uit het zicht van de overheid leven; helemaal níet bézig met ‘werk of opleiding’. Het zijn ook degenen die – al of niet uit nood geboren – op een andere manier met ‘bezit’ omgaan. Het zijn ook degenen voor wie duidelijk werd dat zij zélf hun toekomst moeten veiligstellen. Het zijn ook degenen die zelf stroom opwekken in een grid delen met de wijk.

feat2-1009-smartgrid-sys-fig01

De bouwstenen zijn misschien niet nieuw. De anarchisten en de anarcho-syndicalisten voorzagen een dergelijke dynamica al, zij het met andere intenties en gevolgen. Maar de zelfsturende kracht van groepen in de samenleving flakkert momenteel op. Of dat een vuurtje, een vuur of een uitdovend brandje zal zijn, moet nog blijken. De technologie maakt echter meer dan ooit mogelijk. Eigen banken? Ja, maar vooral ook eigen géldsystemen als LETS en Bitcoin. Hébben? Delen! Van slaapplaatsen tot kamers, van auto’s tot gereedschappen.

Zoiets als het Internet heeft duidelijk gemaakt wat een kernloos netwerk vermag. Natuurlijk heeft het nog geen fundamentele verandering teweeg gebracht; dat gebeurt als de open netwerkvorm ook in de reële wereld neerslaat. De eerste stappen in die richting zijn gezet.

In een kernloos netwerk is geen sturend orgaan aanwezig. Connecties en verkeer ontstaan naar gelang de behoefte. Sluipverkeer bestaat niet. Een knooppunt kan hoogstens niet meer ‘mee doen’ en zichzelf buitenspel plaatsen.

Dat is de verandering: enkele grote monopolisten worden aangevuld met (vervangen door?) vele kleinschalige leveranciers. Zoals bekend van school: kleine eenheden zijn moeilijker te beïnvloeden van buitenaf.

In dat licht bezien is het interessant waar zometeen de overheid blijft. De discussie binnen de wereld van ambtenaren wekt de indruk dat men daar nog steeds denkt een regelende positie te behouden.

De kans is veel groter dat zij één van velen worden.